Het onderscheid tussen een biologisch en een synthetisch brein

In de NRC van 14 oktober 2017 staat afgedrukt de 1e prijs van de Essaywedstrijd van NRC en KHMW over de belangrijkste wetenschappelijke doorbraak in de 21e eeuw. Prijswinnaar Gijsbert Werner schreef het onder de titel “De menselijke geest uniek? Dat had u gedacht”. “Wen er maar vast aan: de mens is niet specialer dan een computer.”

Een lang verhaal, een samenvatting zou deze hele blog in beslag nemen. Vandaar dat ik moet verwijzen naar:  https://www.nrc.nl/nieuws/2017/10/13/de-menselijke-geest-uniek-dat-had-u-gedacht-13484136-a1577190.

Uit het essay blijkt dat Werner het heeft over onze unieke menselijke geest in het algemeen, dus vergeleken met die van andere levende wezens of dingen in onze wereld. Dus niet over de individuele menselijke geest van ieder mens afzonderlijk, die heel erg kan verschillen. Ieders menselijke geest is uniek in mijn ogen, terwijl ik denk dat de synthetische menselijke geest van een computer per ontwerp steeds dezelfde zal zijn. Dat is dus al een meningsverschil over de titel.

Het toeval – dat niet bestaat – wilde dat ik zojuist het boek “Wat betekent het allemaal?” (1987), een zeer korte inleiding tot de filosofie van Thomas Nagel heb gelezen. Het eerste hoofdstuk daarvan gaat over bewuste ervaringen (conscious experience) die – filosofisch gezien – ongrijpbaar zijn. Dat wil zeggen dat ze voor iedereen verschillend zijn en bovendien onmogelijk voor een ander te begrijpen. Het is een raadsel voor anderen hoe ik chocolade proef, want bij iedereen gaat dat anders – al betreft het dezelfde chocolade. Je kunt de signalen van alle hersencellen  doormeten, maar je zult nergens iets vinden dat universeel duidt op chocolade. Dat is het wonder van de menselijke geest, beter gezegd van een levende geest. Want alles dat leeft, beschikt over enige mate van bewustwording.

En dan gaat het bij de bewustwording van mensen nog maar om zo’n 5% van alle gedrag, het topje van de ijsberg, want zo’n 95% van ons gedrag – ook veroorzaakt door onze menselijke geest – is onbewust. Realiseer dat onbewuste maar eens in een computer! Ik vind het knap dat Werner weet te voorspellen “dat onze unieke geest” kan worden nagebouwd in een computer “want we beginnen de onderliggende neurale mechanismen steeds beter te begrijpen”. Zouden wetenschappers er ooit universele chocola van kunnen maken?

Bovendien is de menselijke geest niet statisch. We groeien mee met de technologie die we ontwikkelen, van stoommachine naar elektriciteit, elektronica en nu computers. Dus naarmate AI verder ontwikkeld wordt zullen  in ieder geval de jonge generaties meegroeien. Ik ben het daarom niet eens met Werners uitspraak dat “met elke doorbraak [van nieuwe technologie] werd de mens minder uniek en leken we iets te verliezen van wat ons speciaal maakte”. Ik denk juist dat hoe meer hulpmiddelen de mensheid ontwikkelt en gebruikt, hoe specialer en vernuftiger hij wordt!

En natuurlijk wordt ook weer de Turingtest aangehaald om aan te tonen hoe intelligent computerprogramma’s kunnen zijn. Alsof intelligentie of de menselijke geest een kwestie is van over voldoende feitenkennis te beschikken om die test te winnen. Computers kunnen soms voor ons best onvoorspelbaar zijn, maar in feite doen ze steeds hetzelfde. Ook al begrijpen we dat niet altijd even goed.

Werner gaat voorbij aan het feit dat het brein van ieder mens verschillend is, onze unieke menselijke geest. Dat houdt per definitie al in dat er een onderscheid zal blijven bestaan tussen een synthetisch brein en de breinen van alle mensen – dat onderscheid zal niet verdwijnen. Een synthetisch superbrein, dat knapper is dan wie dan ook,  is theoretisch mogelijk maar wie zou dat moeten realiseren? Of kunnen computers dat straks zelf?

Kortom, het verbaasde mij dat de NRC en de Koninklijke Hollandse Maatschappij der Wetenschappen dit essay van een evolutiebioloog de eerste prijs toekenden. Maar eerlijk gezegd, ik heb de andere inzendingen niet gelezen…

Hein van Steenis (18 oktober 2017)



Reacties zijn gesloten.