Algoritmes, hypercognitie en een hogere macht

Het zal de oplettende lezer niet ontgaan zijn dat er de laatste tijd veel over algoritmes is geschreven, met koppen als: “Algoritmes, de redding van onze democratie” (NRC), “Alwetende computer is funest voor onze democratie” (NRC), “Vervloekt door een algoritme” (Volkskrant) en onlangs “De computer voorspelt of de verdachte zal vluchten (NRC).

Allereerst, wat is een algoritme? Volgens Van Dale: een systematisch stelsel voor het uitvoeren van rekenkundige bewerkingen en de volgorde daarvan.  Kort door de bocht: een systeem om aan de hand van invoergegevens een resultaat of conclusie te verkrijgen. In principe niks nieuws dus, want dat doet elk computerprogramma. En ook alle mensen! Als je drie zakjapanners hebt en je krijgt daar twee van bij, dan heb je vijf zakjapanners. Je schat een situatie op de weg in aan de hand van je ervaringen, en je trekt de conclusie dat je al dan niet kunt inhalen.

Waarom dan al die ophef? De reden daarvoor is dat we tegenwoordig zulke krachtige computersystemen en big data aan ervaringen hebben, dat die onze menselijke reken- en redeneervermogens ver overtreffen. Zodanig overtreffen dat sommige mensen denken dat het beter is dit soort berekeningen en redeneringen aan computers over te laten. Men noemt dat AI (kunstmatige intelligentie) dan wel Statistiek 2.0. Die maakt het mogelijk om op een meer verantwoorde manier tot een resultaat of conclusie te komen op gebieden die voorheen voorbehouden waren aan menselijke intuïtie of ervaring.

De voorstanders van het gebruik van AI en Statistiek 2.0 zeggen terecht dat hun manier statistisch meer verantwoord is. Daar hebben ze groot gelijk in, want ons menselijk geheugen is zeer feilbaar. We onthouden vooral de dingen die ons aanstaan, die we als juist beschouwen. En dat voorkom je door het gebruik van veel opgeslagen gegevens en ervaringen.

De tegenstanders van het gebruik van AI en Statistiek 2.0 zeggen terecht dat dat statistische uitkomst helemaal afhangt van wélke ervaringen zijn opgeslagen en gebruikt in de algoritme. Die ervaringen kunnen eenvoudig gemanipuleerd worden omdat mensen de statistiek niet kunnen controleren. Verder kunnen mensen door hypercognitie bepaalde situaties beter inschatten en morele aspecten uitgebreider beoordelen. Bovendien moet er toch altijd een mens zijn die de verantwoordelijkheid voor een resultaat of conclusie van een computer neemt.

Kortom, voor beide opvattingen valt wat te zeggen. Het hangt helemaal van het onderwerp en hoe belangrijk dat voor ons is – denk ik. Gaat het om een spelletje GO of om een ingrijpende beslissing? Het moeilijke is om te bepalen waar je het ene niet of juist het andere wel kunt gebruiken. “Je weet niet wat je niet weet – en dat leidt tot fouten en arrogantie.” (NRC)

De aanleiding voor het bovenstaande is een advertentie in internet voor het project Deciser van de Zwitser Alin Vana. Dat project kan nep zijn, maar het achterliggende idee is zinvol voor een discussie. Vana stelt een online dienst voor om snellere en betere beslissingen te nemen door gebruik te maken van eerdere soortgelijke beslissingen van anderen, met behulp van een leermethode. Voor dagelijks gebruik door iedereen of voor zakelijk gebruik. Hij is daarvoor uiteraard afhankelijk van veel beginners. Het is de vraag of dat lukt, maar startups in social media kunnen snel  een gigantisch succes worden! Voor de beschrijving van Deciser, zie: https://www.deciser.com/dec#whitepaper

Een oud gezegde is dat “De mens weegt en wikt, maar God beschikt.” Mijn indruk is dat God inmiddels verdwenen is uit Jorwerd en veel andere plaatsen in Nederland, en dat we nu een tijd tegemoet gaan waarin computers gaan beschikken. Zouden veel mensen toch behoefte hebben aan een onbegrijpelijke hogere macht die hun leven bepaalt? Je zou het bijna gaan geloven…

Mijn devies blijft echter:  Eigen baas – de beste die je ooit zult hebben!

Hein van Steenis (1 september 2018)    Zie ook mijn website  www.vsteenis.nl

 



Reacties zijn gesloten.